‘Een vakantieparadijs voor de kinderen en kleinkinderen, uitvalspunt voor wandelingen, ontmoetingsplek voor de familie, plaats om je terug te trekken voor gesprekken en studie en in de oorlog een toevluchtsoord en schuilplaats voor de bommen die op Berlijn en Leipzig vielen.’
Zo omschreef Susanne Bonhoeffer, de jongste zus van Dietrich, het voormalig vakantiehuis van de familie in Friedrichsbrunn.
Het huis in Friedrichsbrunn vanaf de tuinzijde.
De Bonhoeffer kinderen zijn in de tuin aan het werk.
bron: www.dietrich-bonhoeffer.net/bilder/
Het huis vanaf de voorzijde.
bron: www.dietrich-bonhoeffer.net/bilder/
Onderweg in de omgeving van Friedrichsbrunn met ezel en wagen. Dietrich zit voor 'op de bok'.
bron: www.dietrich-bonhoeffer.net/bilder/
Op zoek naar een huis in de natuur
In 1912 verhuisde de familie Bonhoeffer vanuit Breslau (in het huidige Polen) naar Berlijn, omdat vader Karl professor psychiatrie werd in het toonaangevende Charite ziekenhuis in Berlijn. In eerste instantie gingen ze wonen in een huurwoning in de drukke wijk Tiergarten. Voordat ze naar Berlijn verhuisden had de familie een vakantiehuis in de buurt van Breslau, maar dat was nu te ver weg om aan te houden.
De ouders vonden dat het bij een gezonde en evenwichtige opvoeding hoorde dat kinderen dicht bij de natuur opgroeien. Berlijn was in die tijd al een grote stad en zou de komende jaren alleen maar meer gaan groeien. In 1920 woonden er al ongeveer 4 miljoen inwoners in de stad, net iets meer dan nu, 100 jaar later. Daarom gingen vader Karl en moeder Paula op zoek naar een nieuw vakantiehuis voor hun grote gezin met acht kinderen. Ze vonden het perfecte huis in het Harz gebergte in de plaats Friedrichsbrunn.
Friedrichsbrunn was een klein dorpje en het huis lag er zeer vrij en aan de rand van het bos. Het bezat ook een grote tuin. Het deerde de familie niet dat er geen elektriciteit en geen centrale verwarming was in het huis en dat er alleen maar koud stromend water was.
Vakantieparadijs
Vanaf de aankoop in 1913 werd het huis intensief gebruikt als zomer-familiehuis van de Bonhoeffers. De acht kinderen van het gezin verbleven er vaak de hele zomerperiode, meestal vergezeld door kindermeisje Maria Horn, oma Julie en huispersoneel. De ouders kwamen zo vaak als mogelijk (naast de drukke baan van vader Karl) deze kant op. In Friedrichsbrunn hadden de ouders de tijd en ruimte om er te zijn voor hun kinderen en om aandacht te geven aan alles wat hun kinderen bezig hield.
Het werd de rustgevende basisplek voor de hele familie. Veel vrienden en familie kwamen hier bij hen op bezoek, de kinderen namen ook vriendjes en neefjes mee op vakantie naar Friedrichsbrunn. Dietrich mocht in zijn kindertijd nog geen klasgenootjes meenemen, omdat hij geen echte hechte vrienden had. Wel ging vaak zijn neef en leeftijdsgenoot Hans Christoph mee. De reis van Berlijn naar Friedrichsbrunn was goed te doen. Zo’n drie uur met de trein naar Thale (overstappen in Magdeburg) en daarna nog 6 km lopen. De kleine kinderen en bagage werden met een wagen vervoerd.
Friedrichsbrunn was voor de kinderen een groot vakantieparadijs. De dagen werden gevuld met sport, spel en zwerven door de bossen, weiden, bergen en dalen. Ze zochten paddenstoelen, verzamelden bessen en werkten in de tuin. Al snel werden er contacten gelegd met de dorpsjongeren en deze kwamen bij hen in de grote tuin spelen. Dietrich is altijd erg goed in sport geweest en hij hield ook van stoeien en vechten. Leeftijdsgenootjes gaven later aan: ‘Hij was sterk en sloeg iedereen omver’. Dat was een hoge mate ven erkenning onder de dorpsjongeren...
Walter de natuurkenner
Broer Walter (de op een na oudste van de kinderen, 6 jaar ouder dan Dietrich), was een echt natuurkind. Hij ging regelmatig met de boswachter op pad, kende het bos op zijn duimpje en herkende alle dierensporen en geluiden. Ook wist hij precies waar je paddenstoelen, aardbeien en frambozen kon vinden. De familie ging graag met hem op pad in de natuur.
Walter was 14 jaar toen de eerste wereldoorlog uitbrak. In 1918 ging hij in dienst en stief na korte tijd aan het front. Dit was een enorme klap voor deze hechte familie en vooral voor moeder Paula, die daarna een paar jaar flink van slag is geweest.
Eerste wereldoorlog
Tijdens deze eerste wereldoorlog was er een grote voedselschaarste in Duitsland. De familie verhuisde in 1916 in Berlijn naar een groot huis met grote tuin in de wijk Grunewald. Hier hadden ze de gelegenheid om zelf kippen en geiten te houden, om de kinderen te voorzien van verse eieren en melk. De moedergeit werd tijdens de oorlogsjaren in de bagagewagon van de trein meegenomen naar Friedrichsbrunn, zodat de kinderen verse melk binnenkregen tijdens hun vakantie. Eén geit leverde niet genoeg melk voor het hele gezin, maar in Friedrichsbrunn had in die tijd iedereen geiten (er waren er 220 in het dorp), zodat ze ook nog melk konden kopen in de buurt.
Vader Karl was een ervaren paddenstoelendeskundige. Er waren veel verschillende paddenstoelen te vinden in het bos, ook eetbare. De kinderen leerden dit van hem en Dietrich werd al snel uitgeroepen tot hoofd paddenstoelenhouder van de familie. Tijdens de voedselschaarste in de oorlog, was er soms makkelijker voedsel te krijgen in Friedrichsbrunn dan in Berlijn. Daarom reizden de ouderen van het gezin bijvoorbeeld in de herfst heen en weer naar Friedrichsbrunn om er grote zakken te vullen met beukennootjes voor de oliemolen.
Dietrich in Friedrichsbrunn
Toen Dietrich wat ouder was, ging hij regelmatig alleen of met vrienden naar Friedrichsbrunn om aan zijn theologische boeken te werken. In maart 1932 nam hij 8 jongens die net belijdenis bij hem hadden gedaan, op zijn kosten, voor een week mee naar Friedrichsbrunn. De jongens kwamen allemaal uit zeer arme gezinnen (zie mijn blog hierover). Voor deze laag opgeleide jongens was dit een wereldreis en het was een flinke uitdaging om met hen op pad te zijn. Neef Hans Christoph ging gelukkig mee en hielp Dietrich deze dagen met de jongens.
Later toen hij verloofd was en in de gevangenis zat, droomde hij erover om in Friedrichsbrunn te trouwen.
Tweede wereldoorlog
Tijdens de jaren 1943 tot 1946 woonde Dietrichs oudste broer Karl-Friedrich met zijn gezin in Friedrichsbrunn om aan de bommenregen in Berlijn en Leipzig te ontsnappen. In die tijd werd er elektriciteit in het huis aangelegd.
Dietrichs ouders, Karl en Paula Bonhoeffer, hebben hun huis in Friedrichsbrunn na de oorlog nooit meer teruggezien. Het huis kwam in de DDR te liggen, terwijl zij zelf in West-Berlijn woonden. Sinds eind 1946 werd het huis bewoond door vluchtelingen uit het oosten. Het huis werd niet onteigend door de DDR, omdat de familie Bonhoeffer deel uitmaakte van het verzet tegen het nationaalsocialistische bewind van Hitler.
Café en vakantiewoning
Tegenwoordig is het Bonhoefferhaus in Friedrichsbrunn te bezoeken.
Er is een café in gevestigd waar je, onder het genot van koffie, thee en heerlijke taart, een permanente expositie over de familie Bonhoeffer in Friedrichsbrunn kunt bekijken. Deze is dagelijks geopend van 14 tot 18u, behalve op donderdag. Verder zijn er twee vakantiewoningen in gevestigd, die je kunt huren.
Om over na te denken
De Bonhoeffers hadden een plek om tot rust te komen en te genieten van elkaar en van de natuur. Een plek om even weg te zijn van hun drukke, normale, Berlijnse leven. Een thuis, waar ze tijd en aandacht voor elkaar hadden als gezin, maar ook voor familie en vrienden. Een omgeving waar Dietrich kon nadenken en zich kon concentreren op het schrijven van zijn boeken.
Maar het was ook een plek waar ze in moeilijke tijden, zoals in beide wereldoorlogen, terecht konden om te schuilen en bij te tanken.
Vader Bonhoeffer was een vooraanstaand psychiater en begreep wellicht daardoor extra goed hoe belangrijk het is om veel in de natuur te verblijven.
Het is (inmiddels, toen nog niet) wetenschappelijk bewezen dat verblijf in de natuur grote voordelen op het lichaam heeft. Alleen al het ‘in de natuur zijn’, heeft een gunstig effect op onze bloeddruk en op herstel bij stress en ziekte. Ook heeft natuur een positieve invloed op de manier waarop onze hersenen informatie verwerken. Natuur helpt om kinderen zich optimaal te laten ontwikkelen en natuur stimuleert tot bewegen en een gezondere leefstijl.
Een langdurig verblijf in een (drukke) stedelijke omgeving kan juist leiden tot overprikkeling, sociale stress en psychische ziektes.
Hoe zit dat bij jou? Herken je hier iets in?
Is er een vaste plek in de natuur waar je tot rust kan komen?
Zo niet, waar zou je zo’n plek kunnen vinden?
Natuurlijk kan niet iedereen zich een vakantiehuis in de vrije natuur veroorloven. Maar er is altijd wel een plek te vinden om tot rust te komen en in de natuur te zijn.
Om klein te beginnen: Denk bijvoorbeeld aan het regelmatig maken van een wandeling (alleen of met familie of vrienden) door een bos, langs een rivier of door de polder bij jou in de buurt. En misschien is daar ook wel ergens een bankje of andere plek waar je een tijdje kunt zitten, kletsen of nadenken.
Maar je kunt natuurlijk ook een geschikte vakantiebestemming uitzoeken waar veel te genieten valt van de natuur en waar je niet wordt omvergelopen door toeristenmassa’s.
Het is cruciaal in je leven om een plek te hebben om tot rust te komen en de natuur kan daarbij extra helpen!
Het huis in huidige staat.
De kerk in het dorp is vernoemd naar de Bonhoeffers.
Reactie plaatsen
Reacties